> home > historie - u bent nu hier |
> informatie over de historische ontwikkeling van de trombone |
|
Ook de 17e eeuwse trombone beschreven door Speer, Mersenne en Praetorius hebben we behandeld. De instrumenten werden al iets wijder gebouwd (vooral de beker) en in de barok, die bekend staat om zijn versieringen, steeds fraaier gemaakt. De eerste sopraantrombone
verschijnt halverwege de eerste helft van de 18e eeuw (1733, gebouwd
door J.G. Eichentopf), een oktaaf hoger dan de tenortrb. Er komt in de 18e eeuw helemaal een (voorlopig) einde aan de populariteit van de trombone, vooral door de opkomst van de hoorn in Engeland, Frankrijk en Italië. En in Duitsland verdwijnt langzamerhand de overheersende rol van de Nürnbergse instrumentenbouwers en bespelers. De trombone
is in deze tijd nog steeds geen echt orkestinstrument, maar wordt
vooral gebruikt ter ondersteuning van zangstemmen (met hun toen
nog vrij zachte en wat weke geluid). Tegen het einde
van de 18e eeuw is de sopraantrombone zo goed als geheel verdwenen.
Tegelijkertijd verdwijnt ook de alttrombone in F. De trombone is qua uiterlijk/bouw tot 1740 niet veel veranderd. De platte afneembare steunen van schuif en beker zijn vervangen door vaste, ronde (cylindrische) steunen. Ook het gebruik van extra bochten om het instrument te verstemmen verdween en was rond 1800 onbekend. Vanaf Mozart
en Gluck krijgt de trombone een meer eigen karakter in de (opera-)
orkesten. Het versterken van koorstemmen is niet meer de hoofdtaak
ook al blijft het voorkomen bij latere componisten.
|
|
|
Copyright © trombones.nl, Alle Rechten Voorbehouden. |